zondag 22 september 2013

Twijfel 1: De techniek

Gisterochtend voordat Tim, nu ook Joep en ik ons wekelijkse topje gingen doen (Nee, niet de Aneto, de hut was vol. Dus hebben we een lekker inlooptopje hier vlakbij gedaan. Geen 3000-er, maar dit was er één die Tim sowieso nog ooit wilde doen.) zat ik nog even achter het scherm.
Je bent geobsedeerd of niet. Daar zag ik een journaal van mensen die met één van de beroemdste strobouwers, Tom Rijven heet hij, een project hadden gedaan. Dat gaf aanleiding tot mijmeringen omtrent de techniek die ik wil gebruiken en het eerder aangeroerde thema van de sfeer op de bouwplaats. Daarover handelt een separaat blok.
Tom Rijven gebruikt strobalen -gedeeltelijk- constructief. Zijn bouwsysteem komt er op neer dat hij een "traditionele" houtskelet-constructie (HSB) toepast, wat wil zeggen dat hij met houten staanders en liggers het gebouw overeind houdt, en de strobalen onder druk tussen dat stijl,- en regelwerk aanbrengt. De achterliggende gedachte is dat de zijdelingse stijfheid van de staanders van het gebouw, die bij normale HSB wordt verzorgd door het aanbrengen van enige vorm van beplating wordt geleverd door de strobalen. De door hem toegepaste staanders zijn wat we in de bouw slank noemen (niet dik). Hierdoor zijn ze weliswaar sterk genoeg om de verticale krachten op te nemen, maar te iel voor de horizontale krachten. Ze zouden bezwijken door te "knikken". Iets wat voor alle HSB geldt, vandaar dat traditioneel plaatwerk op dat stijl,- en regelwerk wordt aangebracht. Het voordeel is in mijn ogen beperkt. Plaatwerk functioneert al tientallen jaren prima en is een bewezen, eenvoudige techniek. En je moet je gebouw aan de binnenzijde toch afwerken, dus waarom niet een beplating met fermacell?
Op dit punt aangekomen gaat het over in iets wat ik bijna geloof noem. Strobouwers zijn bijna altijd ook leembouwers namelijk. En daar raak ik het spoor een beetje bijster. Leem is volgens de ware believers natuurvriendelijk (ok) vochtregulerend (ok, net als gips bijv.) en heeft goede akoestische eigenschappen (ok) en kan misschien schadelijke stoffen opnemen uit het binnenmilieu (ok, rook niet binnen en zet een raam open) en geeft een fijne uitstraling  waardoor je je beter voelt in een met leem afgewerkt gebouw (zal wel, kan ik niks mee). Ik denk dan eerder: leem is belachelijk duur, daar kom ik elders op terug & arbeidsintensief (ook duur) & langzaam (wachten tot het droogt, scheuren die door droging ontstaan opnieuw vullen enz.) dus lastig met de planning als je economisch wilt bouwen. Dus leem: ik twijfel.
Een tweede punt wat opkwam was het gebruiken van de druk die de samengperste balen kunnen opvangen. Daar zit hem bij mijn idee de grootste onzekerheid. Is er een evenwichtsspanning bij samengeperst stro? Dat wil zeggen is er een moment dat de baal stabiel wordt? En is dat te bepalen?
Met alle respect voor de bouwwijze van Tom Rijven, maar hij zorgt er "alleen maar" voor dat de staanders niet uitknikken. Dat is niet zo moeilijk. Wat ik wil is dat de balen daadwerkelijk dragend worden, hetgeen mislukt als het stro blijft "kruipen" (dat is aan vormverandering onderhevig blijven, dat komt zelfs bij beton in geringe mate voor).
Dat is de uitdaging: kan ik door gebruik te maken van eenvoudige hulpmiddelen (de zwaartekracht bijv.!) mijn idee zo reliseren dat het stro gaat dragen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten